Assessmentdriehoek

Nog wat beweging in de slipstream van de afgelopen LRN21 themabijeenkomst van 13 juni jl. over toetsen: Verschillende leerwegen, verschillende opleiders, verschillende instituten maken een evenwichtig beoordeling van studenten lastig of op zijn minst complex.

In het onvolprezen blad Onderwijsinnovatie (OU) nr 2, 2017 vindt u een interessant artikel over de assessmentdriehoek. Ook online te vinden op pagina 17 van Onderwijsinnovatie nr 2 2017.

De focus ligt op hoger onderwijs, maar gezien het aspect professioneel handelen in kritische beroepssituaties en diverse leerwegen is het ook inspirerend voor mbo en bedrijfsopleidingen.

U bent een van sneeuwwitjes dwergen!

We werken en leren steeds meer in teamverband. Daartoe hebben we regelmatig overleg en dat gebeurt doorgaans middels een vergadering. Hoewel staand vergaderen hip is, zal menigeen het nog zittend doorstaan. Pakt u ook altijd dezelfde stoel aan de vergadertafel? Dat komt door uw eigen rol en die van de baas. Hij/Zij zit gewoonlijk aan het eind van de tafel met de rug naar de achterwand en zicht op de deur.

Men kan het gedrag van mensen tijdens vergaderingen in zeven categorieën indelen volgens Sharon Livingston (Livingston Group). Haar categorieën zijn gebaseerd op de zeven dwergen van Sneeuwwitje. Tegenover de baas zitten mensen die qua gedrag lijken op de dwergen Grumpie of Doc, of op beiden. Grumpie is confronterend en een lastpak. Doc is de beterweter en laat dat merken. Rechts naast de baas vinden we Giegel, een ja-knikker.

Uit onderzoek van Livingston blijkt dat 59% van de mensen in de Giegel-categorie vallen. Niet zo vreemd: selecties van medewerkers of teamleden geschieden met het oogmerk de leider te ondersteunen. Behalve de plaats aan tafel speelt de houding (non-verbale uiting) van de deelnemer een grote rol. U herkent het wel: lui uitgezakt achterover, op het puntje van de stoel, gekruiste enkels, enzovoort.

Waar en hoe zit u bij de volgende vergadering?

Onderwijsvernieuwing of -vernieling?

Al jaren worden door diverse (belanghebbende) instanties verwoede pogingen ondernomen om de zegeningen van computers in onderwijs aan te tonen. Zelfs marginale resultaten worden gevierd. Maar met regelmaat komt er tegengeluid: het is lang niet altijd nuttig, zelfs vaak funest voor de leerresultaten! Leerlingen/studenten kunnen niet doelgericht en verantwoord omgaan met de nieuwe media en veel docenten weten ict niet effectief in te zetten! Het misbruik van de computer (of laptop, tablet, smartphone) in de les bestendigt waarschijnlijk ook game- en social media verslaving, het gebrek aan concentratie en vaak ook een slechte lichaamshouding (gekromde nek).

Niet alleen in het onderwijs, maar ook in het bedrijfsleven wordt ict ook veel voor privé-zaken ingezet. Op zich hoeft dat niet altijd bezwaarlijk te zijn, omdat in veel jobs de grens tussen zakelijk en privé deels vervallen is en de uiteindelijke performance telt. Vlaams pedagoog Pedro De Bruyckere wijst in zijn blog op diverse onderzoeken en pleit voor meer aandacht om te (laten) leren correct met ict om te gaan in het onderwijs. Want dat ict de leeropbrengsten bij goed gebruik echt kan vergroten, daar zijn ook genoeg bewijzen voor! En een artikel van MKBservicedesk als voorbeeld van de problematiek van privé ict-gebruik in werktijd.

Formele bedrijfsopleidingen toegenomen (maar?)

Uit onderzoek van CBS is niet meteen duidelijke wat de reden is voor de stijging van het aanbod bedrijfsopleidingen. Mogelijk: na de crisis is er meer financiële ruimte om te scholen (maar de statistieken dateren uit de hoogtijdagen van de afgelopen financiële crisis), werkgevers vinden dat het personeel tekort schiet in performance, werkgevers maken er lonkende secundaire arbeidsvoorwaarden van.

Meestal gaat het om beroepsgerichte vaardigheden, maar we kunnen ons ook voorstellen dat er in de toekomst – in het geval van arbeidsverdelingen door technologie – werkgevers hun verantwoordelijkheid nemen voor scholing richting vaardigheden voor transitie naar ander werk of voor onbetaalde bezigheden.

Opvallend is dat in het MKB de vrouwen achterblijven bij schollingsdeelname.

Gemiddeld werd er 1100 euro geïnvesteerd per deelnemer. Als de gemiste werkuren verdisconteerd worden, komt u op het dubbele. Hiermee wordt ook duidelijk dat het om formele opleidingen (cursussen) gaat. Er blijkt niet hoe gefocust de scholing geschiedt: de vaste kernwerknemers, de cerificatenverzamelaars, open vrijwillige of ‘gepushte’ deelname.

Zo’n stijging opzichte is toe te juichen, immers werknemers komen op een hoger niveau, werkgevers hopen profijt te trekken en cursusgevers hebben meer brood op de plank. Toch vragen we ons af hoe zinvol deze publicatie (op basis van cijfers uit de periode 2010-2015) medio 2017 is, gezien de recente economische opleving en de stellige verwachting van disruptieve effecten op taakinhouden door robotica en kunstmatige intelligentie.

Creativiteit vanuit militaire invalshoek

Creativiteit wordt als zeer belangrijk gezien om de uitdagingen van de toekomst tegemoet te treden. maar hoe werkt dat eigenlijk creativiteit?

Taylor Pearson is schrijver, denker en ondernemer. Hij kijkt naar creativiteit op een andere wijze dan de meesten van ons en illustreert dit met militaire voorbeelden. Eigenlijk beweert hij dat we teveel synthetiseren binnen bekende (oude) conceptuele modellen. ‘Hoe meer je een bestaande succesformule toepast, hoe snellere het effect (succes) zal afnemen’.

U kunt een systeem niet van binnenuit doorgronden: ga dus ‘out of the box’! Deductieve destructie combineren met creatieve inductie (synthese). Ondertussen haalt Pearson ook alle (online) marketingconcepten onderuit: shitty click-throuhg rates.

Zijn voorbeeld van Gödel onvolledigheids theorema zet aan het denken: ”Iemand die zegt dat hij liegt, terwijl hij daadwerkelijk liegt, zegt eigenlijk de waarheid en zodoende liegt hij dus!” (2x herlezen!) Lees het artikel bij Medium.com

Ook kunt u daar de eerste drie hoofdstukken van zijn recente boek “The end of jobs’ downloaden.

Blockchain in Education

LRN21 had het zelf willen organiseren maar het komt zo ook helemaal goed: een conferentie over een gigantische interessante mogelijkheid voor onderwijs en opleiden: Op 5 september a.s. staat geagendeerd de Conferentie ‘Blockchain in Education’ in het Academiegebouw van de RUG te Groningen!

Blockchain, de technologie achter bijvoorbeeld de Bitcoin en Ethereum gaat een belangrijke rol spelen bij transacties op basis van ‘gedistribueerd vertrouwen’. Sommige deskundigen hechten er een grotere impact aan dan het internet zelve.

Lees hier wat het voor onderwijs zou kunnen betekenen en welke deskundige partijen u op dit gebied wijs kunnen maken.

Binnenkort komt er een speciale website met het definitieve programma en aanmeldmogelijkheid. Registeren kan hier.

Aanval op een van onze laatste bastions

Creativiteit wordt veelal aangeprezen als een van de eigenschappen (vermogens) om ons te te onderscheiden van kunstmatig intelligente (AI) systemen. Beroepen met een creatieve component worden al gauw als robotbestendig aangemerkt. Maar dat hangt erg van de definitie van creativiteit af: intelligente systemen kunnen namelijk al veel aspecten van creatieve processen nabootsen en creatieve producten opleveren, maar nog niet autonoom of spontaan.

Generatieve design software kan heel veel oplossingen opleveren van waaruit de ontwerper keuzes kan maken (door parameters te verengen). Kijk bijvoorbeeld naar hulp bij het schijven van een roman (Ronald Giphart) of het componeren van muziek, of 3D schilderen in een virtuele ruimte. Andrew McAfee (MIT) geeft de stand van zaken (klik op de video) in creatieve AI aan in een bijdrage van Vanessa Bates Ramirez op SigularityHub.

Het optimistische kamp verwachte dat AI veel technologische werkloosheid zal veroorzaken, maar tegelijkertijd enorme creatieve mogelijkheden gaat bieden die ons een gevoel van vrijheid, geluksgevoel, kan opleveren. Hoe dan ook, creativiteit als een van de laatste bastions van typisch mens zijn wordt ‘getaskificeerd’, gedefragmenteerd in taken voor AI en restwerk (keuzes) voor de mens. Zolang we als mens nog maar ethische keuzes kunnen maken uit de gegenereerde oplossingen… daarna kan het ook goed fout gaan! Wordt de nieuwe definitie van menselijke creativiteit het maken van (sociaal-ethische) keuzes? Boeiend dat er ook nog zoiets als intuïtie is!

Leren voor een veranderende wereld

Onze voorbereiding op de toekomstige maatschappij en arbeidsmarkt moet drastische ge-herdefinieerd worden. Beroepsopleidingen richten zich nog te veel op fulltime banen en lineaire ontwikkeling van taakinhoud. Er zijn meerdere toekomstscenario’s denkbaar, maar enkele trends lijken alom duidelijk: defragmentatie van banen (taskification), veel ‘zelfstandige’ klusjeswerkers (kans op competitieve uitbuiting), sociale valkuilen ( bijv. precariaat), leven lang leren ( just in time en samenwerken met intelligente systemen).

KnowledgeWorks kijkt vooruit naar de toekomst van leren in The Future of Learning: Redefining Readiness from the Inside Out. Hoewel de focus op basis en vervolgonderwijs ligt, zijn de analyses en synthetische scenario’s ook interessant voor hoger onderwijs en bedrijfsopleidingen.

Men biedt een raamwerk om de vaardigheden voor de toekomst een plaats te geven in een viertal scenario’s. Het accent ligt op sociaal-emotionele vaardigheden en stevige basisvaardigheden op cognitief en meta-cognitief gebied. De scenario’s leveren herkenningssignalen en worden verlevendigd met persona’s. E zijn ook handreikingen om uw in uw eigen omgeving een discussie te starten over herdefinitie van de opleidingsrol van uw organisatie hierbij.

KnowledgeWorks ziet twee grote onzekerheden: -zal er grote technologische werkloosheid optreden of komt er genoeg nieuw werk?- en – slagen we er als maatschappij in om sociaal-economische systemen te veranderen in eerlijkere verdeling van welvaart en de betekenis van inkomen door werk te herzien (bijvoorbeeld een Universeel Basis Inkomen)?

We kunnen nu al zeker starten met de overlappende competenties en mindset uit de vier scenario’s en de gemelde signalen scherp monitoren.

Waar (hoe) leert u nu het meest?

Formeel leren lijkt bedacht als een efficiëntie-aanpak uit de industriële revolutie: lopende band met input van gestandaardiseerde componenten en gestandaardiseerde output. Het bestond natuurlijk al veel langer: ontwikkel een visie of geloof, kies een doel, bedenk een sluwe overtuigingsstrategie en laat die los op verzamelde, potentieel – al of niet vrijwillig – beïnvloedbaren. De kritiek op ons onderwijsstelsel is van alle tijden en kent een permanent karakter: onderwijs loopt structureel achter t.a.v. ontwikkelingen in technologie, economie, mensbeeld en sociale realiteit. Het verandert misschien wel op uiterlijkheden, maar niet echt in essentie.

In andere posts op deze site repten we al vaker over de effecten van geavanceerde technologie op de arbeidsmarkt en daarmee op de inhoud van werk. De inhoud van werk wordt steeds meer ontrafeld in projecten, taken, mini-taken (micro-) en datgene wat technologie beter kan wordt onttrokken aan de menselijke takenset. De mens moet wel goed kunnen samenwerken met die technologie (denk aan de cobot). De dynamiek op de arbeidsmarkt vergt ook een enorme aanpassingslenigheid: veel taken veranderen heel snel.

Leren voor of binnen werk zal toch eens anders moeten dan het traditionele dagje cursus. Veel meer informeel leren en sturen op leren in ’the moments of need’.

Argumenten hiervoor vinden we bij een recente publicatie van ROA (onderdeel van een lopend NRO-onderzoeksproject) en bijvoorbeeld een aanpak getipt door eLearning Industry (eerst inloggen voordat u mag downloaden). Overigens heeft eLearning Industry meer lezenswaardige artikelen rond microlearning.

Edu-blogger Wlfred Rubens wil het u graag in het Nederlands wel uitleggen. Kijk zeker ook even naar: Meet The Modern Learner van Bersin by Deloitte.

Onderwijs zal veranderd worden (volgens Lucas Rizzotto)

Lucas Rizzotto is een ‘immersive experience designer’, kunstenaar en creatief ontwikkelaar. Hij schetst op Medium FuturePi een uitgebreide visie op de mogelijkheden van leren en opleiden met de nieuwe (toekomstige) media in combinatie met recente neurowetenschappelijke inzichten en subtiele data analyses.

Hij ziet de basis voor toekomstig leren met name in ‘personalized learning’, ‘experiential learning’ en ‘mastery-based learning’. Als je die gaat combineren met kunstmatige intelligentie, onderdompelingstechnologie (bijv. Hololens) en nieuwe ontwerpparadigma’s ontstaan er disruptieve mogelijkheden voor onderwijs. Dat is nodig, want in essentie is veel onderwijs nog verpakt in oude paradigma’s en niet geschikt voor de dynamiek, uitdagingen en mogelijkheden van het heden en nabije toekomst.

We zien een snelle ontwikkeling van de mix van Virtual en Augmented Reality in steeds meer acceptabele apparaten (de Hololens lijkt al meer op een gewone bril en je ziet ook de reële wereld voor je) en over enige jaren – maar technisch nu al mogelijk – een ‘augmented contactlens’ op je oogbol! Dat zal de impact sterk vergroten. Voorstelbaar is dat je in geval van een oogafwijking geen optische-technische maar een digitaal-technische correctie van de waarneming krijgt.

Erg interessant is het item over eye tracking: niet alleen de analyseren van de kijkrichting en focus maar ook de verwijding of verkleining van de pupil ontsluit zoveel data waarmee ons leren persoonlijker, effectiever, efficiënter (en per saldo motiverender) kan worden. Als onderwijsmateriaal en aanbiedingsvorm zich zover aanpast aan onze individuele leerbehoefte en verwerkingswijze/voorkeuren is er dan sprake van (we durven het bijna niet te noemen na alle myth busting) leerstijl-adaptatie (denk aan Kolb en Vermunt)?

Rizzotto denkt zelfs dat toetsen overbodig kan worden. Tja…, en dan de rol van de docent: het zou volgens hem een A.I. docent moeten zijn; een verdere vorm van de chatbots a la Siri, Cortana of Alexa. Hij voorziet virtuele assistenten die niet alleen een uitbreiding van ons geheugen of verwerkingsprocessen (bijvoorbeeld rekenen, redeneren) zijn, maar ook coachend, opvoedend optreden. Een digitale wijsneus in je oor, op je oog en t.z.t. als implantaat in je brein.

De werkelijkheid en virtualiteit gaat door elkaar lopen en wordt zo geavanceerd gemixt dat wij het verschil niet eens meer merken. Het begrip klaslokaal wordt vloeibaar, samenwerkend leren met avatars of echte personen, live of virtueel nabij zal vanzelfsprekend lijken.

Wat een educatief walhalla! De wereld is op allerlei gebied snel veranderd, nu het onderwijs nog! Kan de docent bijgezet worden in de vitrine met uitgestorven beroepen zoals de schapenhoeder? (uitgezonderd natuurlijk enkele exemplaren voor toeristische oogmerken). Is de geringe belangstelling voor het lerarenvak (Pabo-instroom) een onderhuids gevoelde voorbode?

Wie begeleidt de transitie? (doce…. ?)